Willem-Alexander nam zelf contact op met de boekenbranche om zijn steun te betuigen aan de boekhandels die het zwaar hebben door de coronacrisis. De koning vertelde donderdagochtend aan drie ondernemers en vertegenwoordigers van twee grote boekenkoepels dat hij in zijn jeugd ook een ‘persoonlijke’ winkel had waar hij zijn boeken kocht en die zijn smaak op het gebied van literatuur heeft helpen vormen.
Het digitale gesprek over de actie #steunjeboekhandel duurde ruim een uur, twee keer zo lang als van tevoren was gepland. "Je hoorde, zag en voelde dat het onderwerp hem persoonlijk raakte", vertelt directeur Eveline Aendekerk van stichting CPNB die zich inzet voor de promotie van literatuur. "Hij vertelde hoe belangrijk zijn eigen boekhandel voor hem was geweest. De winkel was verdwenen en hij miste de band die hij met die eigenaar had. Het is belangrijk als iemand je helpt een smaak te ontwikkelen."
Ook Anne Schroën van boekverkopersbond KBb was bij het gesprek aanwezig. "Hij was heel goed op de hoogte van de sector en had oprechte interesse in de verhalen van de drie ondernemers", vertelt ze. "Hij beklemtoonde de betekenis van boekwinkels in het straatbeeld en in de Nederlandse maatschappij. Het zijn plekken waar mensen graag rondstruinen en elkaar ook ontmoeten."
Stapels boeken op vakantie
Willem-Alexander had in het bijzonder Fabian Paagman uitgenodigd, de eigenaar van de grootste boekhandel van Den Haag waar de koning woont. "Hij zei zich goed te realiseren dat winkels die nu verdwijnen niet meer terugkomen. Dat is iets dat op geen enkele manier wenselijk is", aldus Schroën.
De koning vertelde niet wat hij zelf las, al had Aendekerk daar bij een eerdere gelegenheid al eens met hem over van gedachten gewisseld. "Hij bekende mij ooit bij een prijsuitreiking dat hij vroeger niet gek was op Multatuli, terwijl hij nu enorm van dat werk kan genieten. En zijn dochters verslinden ook boeken, ze nemen op vakantie hele stapels mee."