Langzaam gaan we toe naar een samenleving waarin mannen en vrouwen gelijk zijn. Steeds vaker maken beide seksen carrière én zorgen ze samen voor de kinderen. Toch verdwijnen verschillen maar langzaam. Nog steeds is het de vrouw die de meeste huishoudelijke taken op zich neemt en de man die fulltime blijft werken. Dat is niet gek vindt de Vlaamse filosofe Griet Vandermassen. In haar boek beschrijft ze dat de verschillen tussen mannen en vrouwen veel groter zijn dan feministen ons willen doen geloven. "Al na drie maanden vertonen babymeisjes meer empathisch gedrag," begint ze in magazine Knack. "Al heel vroeg tonen jongens meer interesse in wilde spelletjes en speelgoed dat uitnodigt tot fysieke activiteit en competitiviteit. Dat kun je niet alleen verklaren vanuit sociale verwachtingen of culturele invloeden." Ze vervolgt: "Het verschil duikt overal ter wereld op, en manifesteert zich ook bij apen. Het wordt meer dan waarschijnlijk veroorzaakt door de prenatale blootstelling aan mannelijke hormonen en is een erfenis van onze evolutionaire voorgeschiedenis. Het is belangrijk dat we daar rekening mee houden. Een gevolg van die voorgeschiedenis is dat jongens en meisjes typisch andere behoeften hebben. Jongens hebben meer de behoefte om dingen te doen in de groep en zullen psychologische problemen eerder verwerken door fysieke actie. Meisjes zijn eerder geneigd om op zoek te gaan naar emotionele verbondenheid en intimiteit." Hoewel steeds meer jonge vrouwen aangeven dat ze carrière willen maken en jonge mannen laten weten dat ze graag voor de kinderen willen zorgen, komt daar in de praktijk weinig van terecht, weet Vandermassen. "Het verschil manifesteert zich dikwijls pas echt als er kinderen komen. Dat is de grote gebeurtenis in het leven van een vrouw waardoor ze haar prioriteiten verlegt. Je kunt natuurlijk zeggen dat ze daarmee beantwoordt aan de sociale verwachtingen, maar er zijn sterke aanwijzingen dat het hier vooral gaat om een inherent verlangen van de vrouw om tijd door te brengen met haar kind. Ze is zo gericht op die baby dat ze zegt: ik wil mijn kind niet naar de crèche brengen." De vrouw staat daarin niet helemaal alleen. Ook mannen willen voor kinderen zorgen, geeft de filosofe toe. "Mannen hebben ook zorgende reflexen en het is zeker zinvol die verder te cultiveren. Vroeger, toen onze samenleving bestond uit jager-verzamelaars, was een strikte arbeidsverdeling tussen de seksen nodig om te overleven. In een welvarende samenleving is dat veel minder het geval en kunnen genderrollen veel meer in elkaar overvloeien. Toch merk je dat die oude patronen niet helemaal verdwijnen, ook niet in samenlevingen waarin mensen daartoe worden aangemoedigd. In Zweden krijgen de ouders vele maanden ouderschapsverlof die ze onder elkaar mogen verdelen. In de praktijk blijkt dat de vrouwen nog altijd verreweg het grootste deel van dat verlof opnemen."