\n\n

300 bedrijven maken de dienst uit: "De neergang van start-ups geldt zelfs voor de techsector"

Economie
door Jeannette Kraszondag, 11 juli 2021 om 10:15
welingelichtekringen header 1
In de techwereld, maar ook als het gaat om kleding of bier, is de concurrentie ver te zoeken. Slechts 300 bedrijven maken de dienst uit wereldwijd. Daardoor betaalt de consument meer, verdient de werknemer minder en zijn de kansen voor andere ondernemers verkeken, betoogt de Vlaamse topeconoom Jan Eeckhout in de Volkskrant.
Volgens hem is de opkomst van innovatieve startups een sprookje. Het aantal nieuwe bedrijven dat jaarlijks wordt opgericht, is gehalveerd ten opzichte van begin jaren tachtig. "De neergang van start-ups geldt zelfs voor de tech-sector", schrijft Eeckhout in The Profit Paradox. How Thriving Firms Threaten the Future of Work.
De econoom concludeert dat de 300 grootste bedrijven hun marges sinds 1980 steeds groter zagen worden. Het wijst op een schrijnend gebrek aan concurrentie, vertelt hij in een online interview met de Volkskrant. "Kijk naar de beurzen. Die breken record op record. Maar zo’n Dow Jones-index bestaat uit slechts dertig bedrijven. Dat is een fractie van de honderd miljoen ondernemingen die over de hele wereld bestaan. Zij hebben het stukken moeilijker dan veertig jaar geleden."
Geen prikkelsNiemand twijfelt aan het nut van grote bedrijven als Google. "Maar de paradox is dat deze bedrijven hun technologie óók gebruiken om concurrenten de voet dwars te zetten." Eeckhout legt uit: "Stel, ik wil een sociaal medium oprichten à la Instagram. De technologie daarachter is niet verbazingwekkend moeilijk. Maar ik weet bij voorbaat dat ik nóóit zal kunnen concurreren met een platform dat al honderden miljoenen gebruikers heeft. Die gaan echt niet naar mij overstappen. Ze willen daar zijn waar alle andere mensen zitten. Daarom zijn er geen prikkels voor andere bedrijven om te innoveren: je kunt nooit een plekje veroveren in zo’n markt."
Lage lonenDe lage lonen aan de onderkant van de arbeidsmarkt zijn niet alleen het gevolg van de goedkope arbeidskrachten uit China of de flexibele contracten, zegt Eeckhout. "De belangrijkste oorzaak is een gebrek aan concurrentie. Niet op de arbeidsmarkt, maar op de markt voor goederen en diensten. De oplossing is daarmee ook anders. We hebben juist méér concurrentie nodig."
Bron(nen): De Volkskrant