\n\n

Vijf specialisten over kanker: krijgen we het ooit onder controle?

Ziekte, Gezondheid, gezondheidszorg
door Jeannette Krasdonderdag, 01 oktober 2015 om 12:16
welingelichtekringen header 1
Al jaren roepen onderzoekers en artsen dat kanker binnen afzienbare tijd een chronische ziekte zal zijn, maar is dat realistisch? sprak met vijf specialisten over de toekomst van kanker. ''Al verhogen we het onderzoeksbudget met een factor tien, dan nog geloof ik niet dat we het kankerprobleem gaan oplossen,'' zegt Huub Schellekens, hoogleraar farmaceutische biotechnologie, in het opinieblad. Op dit moment krijgt een op de drie vrouwen en een op de twee mannen ooit in hun leven kanker. Tussen 1989 en 2012 is het aantal kankerpatiënten dat vijf jaar na de diagnose nog leeft, gestegen van 47 naar 62 procent, blijkt uit gegevens van de Nederlandse Kankerregistratie. Emeritus hoogleraar Bob Pinedo geldt al meer dan veertig jaar als een absolute autoriteit op het gebied van kankeronderzoek. Hij vindt dat er grote stappen zijn gemaakt. '‘In 1972 begon ik in Utrecht als chef de clinique. Toen lagen patiënten met uitzaaiingen eigenlijk allemaal te wachten op hun dood. De algemene houding was: we gaan er niet meer voor, er valt toch niets aan te doen. Dat kan je je nu niet meer voorstellen.’'
Pinedo verwacht veel van immuuntherapieën. Ook betere vormen van diagnostiek kunnen helpen. Daarnaast benadrukt hij het belang van preventie. ‘'Kanker heeft vaak te maken met leefgewoonten. Gaat u eens naar Kreta. Die mensen roken niet, eten gezond, lopen elke dag over die steile straatjes en blijven tot op hoge leeftijd actief. Dan ziet u dat kanker daar veel minder voorkomt. Veel vormen van kanker zijn een straf voor slechte leefgewoonten.’'
De immunoloog ‘'Het grote probleem,'’ zegt professor Ton Schumacher van het onderzoeksinstituut van het Antoni van Leeuwenhoek, '‘is dat kanker niet één ziekte is, maar honderden of duizenden ziektes. Je zou zelfs kunnen zeggen dat elke patiënt een andere vorm van kanker heeft.’' Ook hij ziet grote kansen voor immuuntherapie. '’De gedachte is simpel. In sommige kankervormen tref je T-afweercellen aan in de tumor, waarmee je eigen lichaam de kanker te lijf gaat. Wat we doen is de tumor verwijderen en deze T-cellen in het laboratorium opkweken tot enorme hoeveelheden. Die geef je dan weer terug aan de patiënt.'’ Een volgende stap is het ontwikkelen van technologie die T-cellen ‘leert’ hoe ze de tumorcellen moeten aanvallen.
Maar de kosten zijn een groot probleem. '‘De meeste medicijnen waarover ik spreek zijn op dit moment ridicuul duur,’' zegt Schumacher. Je moet denken aan bedragen van 50 duizend euro per patiënt per jaar.
De biotechnoloog Huub Schellekens, hoogleraar farmaceutische biotechnologie aan de Universiteit Utrecht, is stellig over kanker als chronische ziekte: ''Al verhogen we het onderzoeksbudget met een factor tien, dan nog geloof ik niet dat we het kankerprobleem gaan oplossen. De evolutie heeft geleid tot de mens, een organisme met cellen die een hoge graad van specialisatie hebben. Om dat te kunnen bereiken, hebben we een ingebouwd mechanisme dat ervoor zorgt dat cellen kunnen afsterven of juist extra geprikkeld raken en gaan groeien. Kanker zou je kunnen zien als de prijs die we betalen voor onze plaats in de evolutie.'’
Dat de medische wereld roept dat kanker ooit te genezen zal zijn, is gewoon pr volgens de hoogleraar. ''Er moet geld voor onderzoek worden binnengehaald. De industrie heeft een andere drijfveer: die wil medicijnen verkopen. Ook een fonds als KWF Kankerbestrijding leeft van het idee dat kanker oplosbaar is.'' Sinds 1996 is de effectiviteit van kankermedicijnen nauwelijks verbeterd. ‘'De industrie maakt alleen maar hetzelfde soort medicijnen. Ik zat me soms enorm te ergeren: zitten we hier nu echt een middel goed te keuren dat voor 100 duizend euro zes dagen aan een mensenleven toevoegt?’'
De chirurgen Koert Kuhlmann, oncologisch chirurg en professor Theo Ruers, hoofd van de chirurgische divisie in het AvL benadrukken het onderschatte belang van chirurgie: '‘Voor de helft van alle kankerpatiënten is het mes van de chirurg voldoende. Daarna zijn ze er vanaf. Klaar.’' Ruers: ‘'Stel je voor dat we als chirurgen iets slims kunnen bedenken waardoor we 10 of 15 procent meer overleving bereiken. Dat is in de oncologische wereld heel veel. Maar misschien klinkt dat minder sexy en vernieuwend dan een nieuw medicijn dat heel specifiek een tumor aanvalt. Hetzelfde geldt voor screening. Daarvoor is ook weinig aandacht, terwijl het vroeg opsporen van dikke-darmkanker leidt tot dertig procent minder sterfgevallen. Ik ken geen medicijn dat zulke mooie cijfers haalt. '’Maar ja, met een nieuwe chirurgische techniek valt wellicht minder te verdienen.''