Wie de kaart van Nederland heeft gezien met daarop de uitslag van het referendum, zag dat het noorden ouderwets rood was gekleurd. Veel meer dan in de rest van het land is er tegen de sleepwet gestemd. In de stad Groningen was zelfs 70,8 procent tegen, tegenover landelijk 48,8 procent. Er zijn meerdere redenen voor. Ten eerste heeft het te maken met de grote hoeveelheid studenten in de stad. Jongeren blijken veel kritischer over de nieuwe wet dan ouderen. Daarnaast zijn er relatief heel veel jonge IT-ondernemers in het noorden die via social media hebben opgeroepen om tegen te gaan stemmen. Maar de belangrijkste reden is wel dat er in veel noordelijke gemeenten geen verkiezingen waren vanwege gemeentelijke herindelingen. Wie aan het referendum wilde deelnemen, moest daar dus speciaal voor naar het stembureau. Logischerwijs komen daar meer tegenstemmers op af. In gemeenten waar geen verkiezingen waren, was de opkomst met 30 procent duidelijk lager dan in de rest van het land, waar 51,5 procent een stem uitbracht voor of tegen de sleepwet. "De raadsverkiezingen hebben een matigend effect gehad", zegt Peter Kanne van I&O Research. "In die gemeenten hebben kiezers wellicht gedacht: ik geloof het wel en volg mijn partij."