Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) heeft het afgelopen jaar 182 gevallen van anti-Joodse discriminatie geregistreerd, nog los van dergelijke uitingen online. In de dertig jaar dat het centrum de Monitor Antisemitische Incidenten bijhoudt, werd volgens het CIDI nog nooit zo’n hoog aantal vastgelegd. De 182 antisemitische incidenten in 2019 betekenen een toename van 35 procent ten opzichte van de 135 voorvallen die in 2018 werden geregistreerd. Dat jaar was het wel meer minder dan in piekjaar 2014, toen 171 incidenten werden geteld. "Destijds was de stijging van antisemitisme gerelateerd aan het oplaaien van het conflict tussen Israël en Hamas in Gaza. Een dergelijk verband ontbreekt in 2019", aldus het CIDI. Vooral schelden gebeurde vaker: het aantal scheldpartijen steeg van 18 incidenten in 2018 naar 44 gevallen in 2019. Bij demonstraties was het vaak raak met discriminatie: in totaal werden daarbij 18 incidenten geteld, tegen 5 in 2018. Echt fysiek geweld met een antisemitisch motief had in 2019 twee keer plaats, in 2018 was het één keer. Antisemitische uitingen op het internet worden door CIDI niet meegeteld, maar de organisatie merkte ze wel veel op. "Nog steeds ondernemen socialemediabedrijven te weinig actie tegen antisemitische en andere racistische uitingen op hun platforms." Het CIDI zegt zich grote zorgen te maken over de stijging van het aantal antisemitische incidenten en vreest dat de voorvallen die bij het centrum zijn gemeld slechts het topje van de ijsberg zijn. "Wat de stijging des te schrijnender maakt, is dat slachtoffers van antisemitisme slechts zelden aangifte doen bij de politie, omdat zij vrezen dat een aangifte tot niets leidt. Wanneer slachtoffers wél aangifte doen, stuiten zij vaak op onbegrip en kan het soms jaren duren voor zij horen wat er met hun aangifte is gedaan."