Op de grens tussen Nevada en Californië, in het voorgebergte van de Sierra Nevada, net iets ten noorden van Death Valley, ligt nu al bijna honderd jaar Deep Springs College, de 'cowboy-universiteit.' Hier volgen 26 studenten twee jaar lang een merkwaardig curriculum, bestaande uit oud-Grieks, genetica, biologie, muziek, filosofie, politicologie, wiskunde, literatuur en internationale betrekkingen. Er is geen televisie, geen dekking voor je mobiele telefoon en slechts zeer beperkt internet. Het
onderwijs en het verblijf zijn gratis – iedere student krijgt een beurs ter waarde van ongeveer 50.000 dollar. Deze beurzen worden bekostigd uit legaten en fondsenwerving. Voor iedere plek dienen zich ieder jaar meer dan tien kandidaten aan. De studenten moeten iedere week minstens twintig uur 'werken' om de
universiteit draaiende te houden: koken, schoonmaken, tuinieren, koeien melken, paarden zadelen, hooien, kippen slachten, kabels leggen, auto's repareren. En daarnaast moeten ze ook nog eens de universiteit besturen: debatteren en stemmen over zaken als het aanpassen van het curriculum, het huren van personeel, het beoordelen van aanvragen om toegelaten te worden, het afschrikken van coyotes (door ze af te schieten, aldus een recent besluit) en het uitbreiden of beperken van de internettoegang. Op aanwijzing van de oprichter, Lucien Lucius Nunn, heeft Deep Springs College tot nu alleen mannelijke studenten gekend, een traditie die aanleiding heeft gegeven tot romantische verhalen over cowboy-studenten die er 's middags op uit trekken na een ochtend Plato te hebben gelezen. Maar vorig jaar werd besloten ook vrouwen te gaan toelaten. Het doel is om over drie jaar net zo veel vrouwelijke als mannelijke studenten te hebben.