'Geheime diensten werken niet graag samen'

Ondanks de acute terreurdreiging lijkt het onwaarschijnlijk dat inlichtingendiensten op Europees niveau intensiever gaan samenwerken, aldus . Ook al kunnen inlichtingendiensten van andere landen net dat ene puzzelstukje op hun plaats leggen, alle 28 lidstaten zullen niet meer dan nu met elkaar gaan delen. Jelle van Buuren van het Centre for Terrorism & Counterterrorism van de universiteit Leiden: 'Nooit, echt nooit, dat is een te groot risico'. Er wordt volgens Van buuren wel informatie gedeeld, dat bleek dit weekend bijvoorbeeld toen er dankzij de Franse diensten een aanslag in Hannover werd verijdeld. Ook is er Interpol, het Schengen Informatie Systeem (SIS) en het Europese Contra-Terrorisme Centrum (waardoor het vanaf 2016 makkelijker wordt op personen op te sporen). Maar volgens Van Buuren zijn zulke verbanden niet populair. 'Als Nederland een naam in SIS zet, dan weten alle landen, bijvoorbeeld ook de Poolse grenswacht, dat die persoon bij ons in het vizier is. Dat willen we simpelweg niet'. Het Europese Contra-Terrorisme Centrum is nieuw, maar daar moeten we niet te veel van verwachten: 'Politie en inlichtingendiensten kunnen heel moeilijk samenwerken. In 2001 en 2004 heeft Europol al eens een antiterrorisme taskforce opgezet. De inlichtingendiensten kwamen gewoon niet opdagen, omdat zij niet zoals Europol opsporing en vervolging tot doel hebben. Ik zie dus geen enkele reden waarom het nu zou lukken'. En dan waren er ook nog bezuinigingen die het er niet makkelijker op maken. 'De AIVD rijdt niet even langs een arbeidsbureau om een pakketje inlichtingenanalisten op te halen'. Meer bij Trouw.

Bron(nen): Trouw