\n\n

In welke Europese landen gebeuren de meeste dodelijke verkeersongelukken?

Samenleving
door Redactiewoensdag, 05 juli 2023 om 12:13
anp 470613218
In Scandinavië is zo ongeveer alles tot in de puntjes geregeld, ook qua verkeersveiligheid. Terwijl in Oost-Europa juist de meeste dodelijke verkeersslachtoffers te betreuren zijn. We hebben de gevaarlijkste en veiligste vakantielanden op een rijtje gezet. Een paar landen springen eruit.
In 2022 kwamen er volgens de cijfers van de Europese Unie zo'n 20.600 Europese automobilisten (Europese Unie + Noorwegen, Zwitserland, Liechtenstein en IJsland) om in het verkeer, oftewel 46 doden per miljoen inwoners. Dit is drie procent meer dan het jaar ervoor, maar 2000 mensen minder dan in 2019, voordat de coronapandemie het reizen gedeeltelijk platlegde.
Goed geregeld in ScandinaviëIn Zweden gebeuren de minste zware verkeersongelukken (21 doden per miljoen inwoners), maar ook autorijden in Noorwegen (23), Ijsland (24), Denemarken (26) en Zwitserland (31) is relatief veilig. De Nederlandse cijfers liggen met gemiddeld 35 doden in het verkeer per miljoen inwoners ook nog onder het Europese gemiddelde.
Populaire vakantielanden als Frankrijk (49), België (52), Italië (53), Griekenland (58) en Portugal (60) doen het een stuk slechter. Verder naar het oosten is het nog beroerder gesteld met de verkeersveiligheid. In Kroatië (71), Bulgarije (78) en Roemenië (86) is het extra oppassen geblazen.
Provinciale wegen en stedenMeer dan de helft van alle dodelijke ongelukken vinden plaats op provinciale wegen, dus misschien kun je voor de veiligheid toch maar beter de tolweg pakken. Op snelwegen is het namelijk in slechts negen procent van de gevallen raak, terwijl 39 procent van de auto-ongelukken met dodelijke afloop plaatsvinden in de steden.
Top vijf gevaarlijkste vakantielanden voor het verkeer1. Roemenië 86 doden per miljoen inwoners2. Bulgarije 783. Kroatië 714. Portugal 635. Letland 60
Top vijf veiligste vakantielanden voor het verkeer1. Zweden 21 doden per miljoen inwoners2. Noorwegen 233. IJsland 244. Denemarken 265. Zwitserland 31
Bron(nen): Europese Commissie