Marokkaans-Nederlandse
jongens worden drie keer zo vaak mishandeld door hun ouders als autochtone jongens. Dat kan verklaren waarom Marokkaanse jongens meer criminele activiteiten ontplooien dan Nederlandse jongens. Dat zegt victimologe en kinderpsychologe Esmah Lahlah vandaag in . Lahlah schrijft in haar proefschrift dat bijna een op de vijf Nederlandse jongens haar vertelde als kind te zijn mishandeld. Bij Marokkaans-Nederlandse jongens was dat twee op de drie. Een op de vijf Marokkaans-Nederlandse jongens was seksueel misbruikt door een familielid, bij autochtone jongens is dat een op de twintig. Bijna de helft van de Marokkaans-Nederlandse jongens was getuige geweest van geweld tussen hun ouders, bij autochtone jongens was dat nog geen een op de vijf. In alle opzichte maken volgens haar cijfers kinderen van Marokkaanse afkomst ergere dingen mee dan gemiddelde kinderen van dezelfde leeftijd.
Ze heeft 477 jongens tussen de 15 en de 18 jaar geworven op middelbare scholen en via de reclassering.
Van mishandeling is het bekend dat het erfelijk is: kinderen die in hun jeugd zijn mishandeld hebben een grotere kans later zelf ook geweld te gebruiken. Dat Marokkaans-Nederlandse jongens vaker mishandeld worden is volgens Lahlah dan ook "een belangrijke factor" waarom ze zoveel vaker gewelddelicten plegen.