Nog altijd zijn we bijna allemaal groot geworden met de christelijke waarden, ook als je komt uit een niet-christelijk milieu. En dus is ons ingepeperd dat het mooi is om te vergeven, om achter wrok en haat een punt te zetten. Dat zou de enige weg vooruit zijn.
Maar, schrijft therapeute Mariana Bocharova op Psychology Today, soms zit het er gewoon niet in. Soms is je pijn gedaan, ben je belazerd, verraden op een manier die je niet achter je kan laten door de 'dader' te vergeven. Als dat zo is, dan is het niet verstandig om toch te proberen te vergeven. Want als dat je dan niet lukt, dan heb je - bewust of onbewust - twee problemen. De pijn van het verraad en het schuldgevoel dat je niet echt hebt vergeven.
Als het gaat om iets ergs, mag je het erg blijven vinden. Zeker als de ander geen berouw heeft. 'Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen,' zei Jezus aan het kruis. Dat wordt ons voorgehouden als de weg om te gaan als de 'daders' geen spijt hebben.
Slecht advies, zegt Bocharova. Soms is het veel gezonder om boos en gekwetst te blijven.