Goed nieuws voor ouders die dachten dat het helemaal aan hen lag dat de
baby maar niet doorslaapt ’s nachts. Een nieuwe studie heeft aangetoond dat de nachtrust van baby’s voor een groot deel afhankelijk is van de
genen. Je moet als ouders dus maar net het geluk hebben dat je baby over de juiste genen beschikt. Dan slaapt die rustig de hele nacht door. In Quebec bestudeerden Canadese onderzoekers de slaapregistraties van bijna 1000 identieke en twee-eiige tweelingen. Hierbij keken de onderzoekers niet naar specifieke genen, maar of de slaappatronen van identieke tweelingen vaker overeen kwamen dan de slaappatronen van twee-eiige tweelingen. Ze ontdekten dat de genen voor een groot deel bepalen of de kinderen de hele nacht doorslapen. Of kinderen overdag een dutje kunnen doen is echter wel afhankelijk van hun omgeving. Nu is het natuurlijk niet zo dat je als ouders helemaal niets meer kan doen als een baby onrustig slaapt. Er zijn genoeg manieren om de baby te helpen bij het slapen, aldus de onderzoekers. ‘De genetische invloed op de nachtrust van de baby is slechts de basis voor een slechte nachtrust, het is belangrijk dat ouders proberen de slechte slaapgewoonten in een vroeg stadium te corrigeren’, aldus Evelyne Touchette, psychologe en onderzoekster aan de Laval Universiteit in Quebec. De onderzoekers ontdekten dat kinderen op ongeveer 18 maanden bijzonder gevoelig zijn voor de invloed van de ouders. Dit is dan ook een uitstekend moment om slaapstrategieën toe te passen om zo de slaapgewoonten van het kind te verbeteren. Ook is het belangrijk dat ouders weten dat een kind dat weinig lijkt te slapen, misschien juist meer
slaap nodig heeft. Het is belangrijk om de juiste balans te vinden tussen net genoeg slaap en teveel slaap.