De chaos begint weer. Vanaf volgende week zullen de financiële markten weer gaan speculeren op het failliet van Europese landen, denkt The Wall Street Journal.
Eerste verdachte: Roemenie. Oorzaak: een uitspraak van de hoogste Roemeense rechter die bezuinigingen verbiedt. Gevolg 1: het IMF zal niet bijspringen, omdat de regering niet voldoende kan bezuinigen. Gevolg 2: de markten zullen denken dat Roemenie misschien failliet gaat. Gevolg 3: ze zullen ook (weer) gaan twijfelen aan Hongarije, dat er nog slechter voorstaat dan Roemenie. Gevolg 4: dan zal ook Griekenland weer in de verdachtenbank komen (de Griekse rente liep vrijdag al gevaarlijk op). Gevolg 5: de twijfel over de euro zal weer sterker worden.
Roemenie heeft de euro niet, maar de Leu, maar wantrouwen aan het kans op faillissementen van het ene Europese land, voedt ook de twijfel over andere Europese landen, denkt The Wall Street Journal. Ook al vanwege de reden van de Roemeense problemen. De regering heeft een heel dapper en heel verregaand bezuinigingsplan ontworpen. Maar bezuinigingen bedenken en ze uitvoeren is een verschil. Dat geldt voor alle bezuinigende landen. De dappere Roemeense plannen sneuvelen al bij de eerste horde: de rechter. Dat kan, zo denkt de markt, ook in andere landen gebeuren: dat er wel mooie bezuinigingsplannen komen, maar dat ze niet (kunnen) worden uitgevoed. Vanwege de rechter, vanwege de vakbonden, vanwege opstand.
"Er zijn grote zogen over de vraag over regeringen hun strenge begrotingen kunnen uitvoeren", zegt Neil Shearing, econoom bij Capital Economics in Londen. "Wanneer een land wiebelt, gaan de markten begrijpelijkerwijs markten nadenken over de omvang van de schulden en de mogelijke gevolgen als bezuinigingen uitblijven."